Langzame slalom
Langzame slalom
Wijze van uitvoering (beheersing voertuig) De motorrijder:
- – rijdt in een rechte lijn aan op de eerste pylon (rijdend of vanuit stilstand) en rijdt na de laatste pylon weer in rechte lijn weg
- – regelt de snelheid zonodig met behulp van gas geven en de voetrem. Het gebruik van een slippende koppeling is verplicht.
- – stuurt vanuit de heupen en/of door verdraaiing van het stuur
- – rijdt met een combinatie van linker- en rechterbochten om alle pylonen een slalom.